Steeds vaker komen er games uit die Nederlandstalige teksten en ingesproken stemmen bevatten. Aangezien de meeste gamers gewend zijn aan de Engelse taal, is dit niet noodzakelijk. Maar wat voor nut heeft het nou daadwerkelijk?

Ik ben zelf een fan van Nederlandse voice-acting, mits het goed wordt uitgevoerd. Zo keek ik de animatieserie Avatar: De Legende van Aang het liefst in het Nederlands en de Nederlandse cast van de game Beyond Good & Evil heeft zijn sporen ook verdiend. Voor spellen die op een jongere doelgroep richten, vind ik het een logische beslissing om een taaloptie in de moedertaal toe te voegen. Zo kunnen ook de jongere kinderen van een game genieten ondanks dat ze nog geen Engels spreken.

Dit is echter niet het geval bij een spel als Uncharted. De doelgroep is, volgens de leeftijdsindicatie op het doosje, iedereen ouder dan zestien jaar. In deze leeftijdscategorie zijn er echter nauwelijks mensen die geen Engels kunnen, dus waarom zou je dan een Nederlandse taaloptie toevoegen? De Engelse voice-acting van Uncharted is immers al uitstekend.

Dat valt echter lang niet altijd te zeggen van het Nederlandse stemmenwerk. Iedereen die inFamous heeft gespeeld zal dit kunnen beamen. De hoofdpersoon Cole praat met een emotieloze, geforceerd lage stem en klinkt alsof hij al jarenlang Zware Van Nelle rookt. Tel daar nog eens kromme vertalingen en uitspraken als “Sodeknetter!” bij op, en het wordt onbedoeld komisch. Dit botst met de semi-serieuze sfeer die de game probeert te creëren en daardoor doet het af aan het geheel.

Ratchet & Quark

Bij een cartoony spel als Ratchet & Clank of Sly Cooper is de Nederlandse voice-acting echter wel passend; hier is het juist een pluspunt als de stemmen overdreven en grappig zijn en zichzelf niet al te serieus nemen. In dit geval vind ik een optie tot Nederlandse voice-acting geen slechte keuze. Het stelt een toffe game open voor een groter en jonger publiek en zo kunnen de nieuwe generaties makkelijker in aanraking komen met games.

Een nadeel aan de Nederlandse nasynchronisatie van games is echter dat kinderen er geen Engels meer van leren. Televisieseries, films en games hebben bij veel jongeren een positieve invloed op hun beheersing van de Engelse taal gehad. Als kind was mijn verlangen om Pokémon te spelen groter dan de taalbarrière. Gaandeweg het spel leerde ik de basis van de Engelse taal en hierdoor kon ik later complexere spellen gaan spelen. Het zou zonde zijn als kinderen opgroeien met enkel Nederlandstalige games, aangezien de drempel om een complexer Engelstalig spel te spelen dan hoger wordt en ze hier misschien van zouden afzien.

Een Nederlandse taaloptie in games, het blijft een mes dat aan twee kanten snijdt. Enerzijds zorgt het ervoor dat games toegankelijker zijn voor een groot publiek van alle leeftijden en kan het een leuke cartooneske ervaring bieden. Anderzijds weet het zich vaak niet te meten met de Engelse stemmen en Nederlandse nasynchronisatie zorgt ervoor dat het leerzame neveneffect verdwijnt. Zolang het optioneel blijft heb ik er geen problemen mee, dan kan iedereen op zijn eigen manier genieten van de games.